"In order for me to think about something, I have to first put it in writing. It's been that way since I was little. When I didn't understand something, I gathered up the words scattered at my feet, and lined them up into sentences. If that didn't help, I'd scatter them again, rearrange them in a different order. Repeat that a number of times, and I was able to think about things like most people. Writing for me was never difficult. Other children gathered pretty stones or acorns, and I wrote. As naturally as breathing, I'd scribble down one sentence after another. And I'd think. "
Sputnik Sweetheart, Haruki Murakami
Dit citaat spreekt me aan want ik heb altijd gezegd:"Ik denk met een pen in mijn hand". Dit geldt nog steeds, ook als ik aan het werk ben en in een vergadering zit. Het kan zijn dat ik mijn aantekeningen nooit meer nalees maar doordat ik de woorden opschrijf begint er zich een duidelijk beeld te vormen van de situatie.
Tot mijn 28ste ongeveer heb ik altijd dagboeken bijgehouden maar vanaf het moment dat ik begon na te denken over 'echt' schrijven, ben ik met die gewoonte gestopt. Ik schrijf nu alleen nog maar als ik 'inspiratie' heb of als ik wil nadenken over iets waar ik zonder 'pen' niet uit kom.
Ik zou de nachtmerrie die ik deze afgelopen nacht heb gehad kunnen beschrijven. Er vloeide geen bloed, ik werd door niemand achterna gezeten en er stortte geen vliegtuig neer, maar ik werd wakker met een gevoel van woede en onmacht. Een gevoel dat ik al maanden niet meer heb gehad. Ik heb wel een fase gehad waarin mijn nachtmerries nogal geweldadig waren. Meestal was ik getuige van de meest verschrikkelijke misdaden of ongelukken. Ik heb lijken ontdekt in auto's, ben gevlucht voor groepen moordenaars die me uiteindelijk inhaalden of mijn hele lichaam was bedekt met rare bobbels in allerlei kleuren, zodat ik op een gegeven moment wel wakker moest worden, maar de ergste dromen zijn toch die van bedrog. De personen waarvan je denkt, of ooit dacht, dat je ze kan vertrouwen, bedriegen en beledigen je waar je bij staat. En je kan er niks aan doen. Dat zijn de dromen die me met kloppend hart doen ontwaken en alle bedrog en onzekerheden weer opnieuw doen beleven. Betekent dit dat je over sommige dingen nooit heen komt, hoe lang je ook wacht? Hoe hard je ook vecht? Want als je in de uren waarin je wakker bent vrolijk door het leven gaat, of denkt te gaan, en denkt dat alle oude pijn weg is, dan heb je het mis. Je kan er op rekenen dat je dromen je zullen vertellen dat dit niet het geval is.
Ik word midden in de nacht wakker, zwetend en met kloppend hart. Kwaad op mezelf. Ik ga naar beneden en drink wat water en denk: Dit is je straf! Bedrieg nooit meer iemand in je leven, maak nooit meer de verkeerde keuzes, anders komt het allemaal in tienvoud bij je terug. En ik besef met een schok dat er diep in me een angst zit genesteld. Ik ben bang om opnieuw verliefd te worden. Bang voor mijn eigen wispelturigheid en voor mijn ongeduld, bang voor nieuwe mislukkingen, bang voor de tijdelijkheid van alles. Cynisch en bang.
Ik ga weer slapen en word s'morgens wakker. Nu de nacht voorbij is lijkt alles zo ernstig niet meer, maar ik dwing mezelf ertoe dit op te schrijven, zodat ik weet dat ik erop moet letten, elke dag. Dat er momenten zijn waarop ik mezelf tot orde moet roepen. 'Daar ga je weer! Stop! Je kan jezelf vetrouwen, je kan anderen vertrouwen, je bent wijs genoeg!'
Ik moet het als een mantra herhalen, niet altijd, maar soms: Het is een nieuwe dag. Een mooie nieuwe dag.
(LB)
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment